U kunt:
•een bestand maken (of een app op maat) op basis van een van de vooraf gedefinieerde apps die standaard deel uitmaken van FileMaker Pro
•een leeg bestand maken en vervolgens tabellen, velden en lay-outs maken
•een bestand converteren met gegevens in een andere bestandsindeling (bijvoorbeeld een Microsoft Excel-bestand); raadpleeg Een gegevensbestand converteren naar een nieuw FileMaker Pro-bestand
1. Kies Bestand > Nieuwe maken.
2. Kies een vooraf gedefinieerde app en klik op Maken.
3. Typ een naam voor het bestand en ga als volgt te werk:
•als u een teambeheerder bent, kunt u het bestand opslaan op een FileMaker Cloud-host van het team. Of u klikt Op mijn Mac of Op mijn PC om het bestand lokaal op te slaan. (Als u van mening verandert, klikt u op FileMaker Cloud om het bestand op te slaan op een host van het team.)
•als u geen teambeheerder bent, kiest u indien nodig een andere map.
4. Klik op Opslaan.
FileMaker Pro opent de nieuwe app op maat in de modus Bladeren.
Nadat u een app op maat hebt gemaakt, kunt u deze eenvoudig uitbreiden met invoegtoepassingen. Raadpleeg Werken met invoegtoepassingen.
1. Kies Bestand > Nieuwe maken.
2. Kies Leeg en klik vervolgens op Maken.
3. Typ een naam voor het bestand (kies eventueel ook een andere map).
4. Klik op Opslaan.
FileMaker Pro opent de nieuwe app op maat in de modus Bladeren en geeft het dialoogvenster ‘Database beheren’ weer, waarin u de velden kunt definiëren. Verschillende standaardvelden zijn mogelijk al gedefinieerd. Raadpleeg Databasetabellen definiëren.
5. Definieer de velden en kies opties ervoor. Raadpleeg Velden definiëren en wijzigen.
U kunt ook tabellen toevoegen en relaties definiëren in het dialoogvenster Database beheren. Raadpleeg Databasetabellen definiëren en Werken met gerelateerde tabellen.
6. Klik op OK om het dialoogvenster Database beheren te sluiten.
7. (Optioneel) Schakel over naar de modus Lay-out en voeg objecten toe aan de lay-out. Raadpleeg Lay-outs en rapporten maken en beheren.
8. Voeg in de modus Bladeren gegevens aan de app op maat toe. Raadpleeg Gegevens toevoegen en weergeven.
•Als u velden wilt definiëren met behulp van het tabblad Velden in de modus Lay-out, raadpleegt u Velden definiëren en wijzigen op het tabblad Velden.
•Vermijd het volgende in FileMaker Pro-bestandsnamen:
•meer dan één punt; de bestandsnaam mag alleen het punt voor de .fmp12-bestandsextensie bevatten.
•aanhalingsteken ("), schuine streep (/), backslash (\), punthaken (< >), sterretje (*), vraagteken (?), dubbelepunt (:), verticale streep (|)
Raadpleeg de Knowledge Base.