Er zijn verschillende manieren om gegevens in een FileMaker Pro-database weer te geven en te bewerken.
•records in een database weergeven
•records toevoegen, dupliceren en verwijderen
•gegevens in velden toevoegen en bewerken
•werken met tekst in velden
•werken met audio- en videobestanden in velden
Nadat u een databasebestand hebt gemaakt en tabellen en velden hebt gedefinieerd, kunt u beginnen met het invoeren van gegevens. Een verzameling velden wordt een record genoemd.
U kunt de gegevens in de records bewerken in de bladermodus. U kunt records in uw database weergeven, toevoegen, wijzigen, weglaten of verwijderen. FileMaker Pro slaat de wijzigingen die u in het bestand aanbrengt automatisch op. Als u gegevens in een record hebt ingevoerd, maar de record nog niet hebt opgeslagen, kunt u de record nog herstellen in de vorige opgeslagen toestand.
De database kan een of meer lay-outs bevatten die uw gegevens op verschillende manieren weergeven. Als de database meerdere lay-outs bevat, kunt u een andere lay-out kiezen in het venstermenu voor lay-outs.